ARCHIEF: Deze tentoonstelling is afgelopen
Deze expo laat via archiefdocumenten en recente onderzoeksresultaten een nieuw licht schijnen op het intrigerende leven en werk van de befaamde Vlaamse primitief Jan van Eyck.
Musea Brugge heeft twee van Jan van Eycks bekendste werken in de collectie: De ‘Madonna met kanunnik Joris van der Paele’ en het ‘Portret van Margareta van Eyck’. Recent verwierf Musea Brugge bovendien een 'Maria met kind in een interieur', geschilderd door een navolger van Van Eyck. Deze drie werken worden, naar aanleiding van het Van Eyckjaar 2020, samengebracht in deze tentoonstelling.
Recente onderzoeksresultaten, herbekeken archiefstukken en een intrigerende archeologische vondst laten een nieuw licht schijnen op het leven en de wereld van Jan van Eyck in de 15e eeuw. Via infraroodreflectografische- en macro-XRFbeelden, kijk je bovendien naar de samenstelling van de verflagen en de eerste tekening op het paneel en ontdek je meer over het werkproces van de schilder.
Van Eyck was een opvallend figuur in het bruisende middeleeuwse Brugge. Een bekend schilder met naam en faam die zijn werken voor het eerst ook zelf signeerde. In deze tentoonstelling kijk je met de ogen van een tijdgenoot naar Van Eyck, zijn oeuvre en zijn opdrachtgevers.
Maak kennis met een schilder met sterrenstatus in een bruisende metropool.
Jan van Eyck blijft de onbetwiste meester van de Vlaamse primitieven. Hij was een van de grondleggers van de Vlaamse schilderkunst van de 15e en 16e eeuw en bracht met zijn schilderstijl en vernieuwende olieverftechniek een revolutionaire omwenteling teweeg in de hele Europese kunst. Met penseel en olieverf kwam hij tot adembenemende resultaten. Zijn gedetailleerde realisme bezit een onweerstaanbare aantrekkingskracht.
Van Eyck werd rond 1390 geboren, vermoedelijk in Maaseik in het graafschap Loon. Wellicht leerde hij het schildersvak in het milieu van hooggeschoolde ambachtslieden in het Maasland binnen het vroegere Prinsbisdom Luik.
Na enkele jaren werken in de Noordelijke Nederlanden, verscheen hij voor het eerst in Brugge in 1425. Hij werd hofschilder van de Bourgondische hertog Filips de Goede. Omstreeks 1431 kocht hij een huis in de stad, waar hij vermoedelijk ook zijn atelier organiseerde. Zijn huis was niet toevallig gelegen in de huidige Gouden Handstraat, midden rijke handelaars en grote herbergen, dicht bij zijn potentiële cliënteel. Tot zijn dood in 1441 schilderde hij er zijn befaamde portretten en panelen, misschien zelfs delen van het Lam Gods.
Brugge was in de 15e eeuw zonder twijfel één van de belangrijkste steden in Europa, een bruisende handelsmetropool met een grote internationale aantrekkingskracht, bekend om de productie van luxeproducten, zoals verluchte handschriften, edelsmeedwerk en paneelschilderijen. Handelaars uit alle windstreken verbleven er. De lokale en internationale elite, inclusief rijke clerici, benadrukte haar status graag met een luxueuze levensstijl. Dat een schilder als Van Eyck zich in de stad vestigde, is dan ook niet verrassend. Hij had zijn atelier in de meest bruisende stad van Noord-West Europa.
Hoe was het leven in de middeleeuwse handelsmetropool Brugge waar Jan van Eyck leefde? Jan Dumolyn, historicus en hoofddocent aan de Universiteit van Gent, schetst een beeld van de Brugse luxemarkt en van de internationale aantrekkingskracht van de stad.
Over Jan van Eycks vrouw Margareta, is weinig bekend. Hij schilderde haar in 1439, het vroegste portret van een burgervrouw. Wellicht nam zij na de dood van haar man, nog enkele jaren de werking van zijn atelier over.
De werkplaats van Van Eyck spreekt tot de verbeelding. Hoe werkte hij daar? Met wie? Recent werd de voet van een wijnkruik met verfresten opgegraven op de plaats waar ooit zijn atelier was. Die licht misschien een tipje van de sluier over zijn praktische werkwijze. Kunstenaars gebruikten scherven om hun verf na bereiding in te doen, om die dan aan te brengen op het paneel.
De prent van Johannes Stradanus die je hieronder ziet, geeft een 16e-eeuwse blik op het 15e-eeuwse atelier van Van Eyck.
Exactere info krijgen we vandaag via de nieuwste onderzoekstechnieken zoals macro-röntgenfluorescentie beeldvorming. Chemische elementen worden in een schilderij gedetecteerd en die info wordt omgezet in beelden die niet alleen voor chemici, maar ook voor kunsthistorici leesbaar zijn.
Geert Van der Snickt, professor aan de Universiteit Antwerpen, verduidelijkt hoe hierdoor als het ware bijna kunnen meekijken over de schouder van Jan van Eyck tijdens zijn werkproces.
Joris van der Paele was een man van aanzien. Geboren in Brugge binnen een vermaarde makelaarsfamilie, bekleedde hij generaties lang belangrijke kerkelijke functies in de stad en ver daarbuiten. Als vertegenwoordiger aan het hof van de paus en vermoedelijk ook met contacten aan het Bourgondische hof, werd hij schatrijk. Omstreeks 1430 voelde de zieke Van der Paele zijn einde naderen. Hij verzamelde een deel van zijn grote kapitaal en gaf Jan van Eyck de opdracht voor een indrukwekkend memorietafereel: het beroemde schilderij ‘Madonna met kanunnik Joris van der Paele’. Zijn manier om zijn plek in de hemel te verdienen.
Bij een eerste blik zie je een devoot dienaar van de Kerk op Van Eycks schilderij. Maar, het werk vertelt ook een ander verhaal, dat van de indrukwekkende carrière van deze man. Hendrik Callewier, archivaris-diensthoofd van het Rijksarchief Brugge en Kortrijk en gastdocent KU Leuven, schetst een portret van deze intrigerende figuur.