Deze academische expressiestudie beeldt een gevoel van bedroefdheid uit. Gérome (of Jeroom) van Zwijnsvoorde vervaardigde deze tekening vermoedelijk tijdens een les expressie aan de Academie van Brugge. Hoewel de tekening niet gedateerd is, werd van Zwijnsvoorde in het schooljaar 1926-1927 eerste in de prijskamp "tekenen naar 't leven" (Brugsch Handelsblad, 17 september 1927, p. 2). Een vergelijkbare, wel gedateerde tekening van dezelfde kunstenaar (0024.GRO1453.II) suggereert dat deze tekening waarschijnlijk in 1924 is vervaardigd. Deze tekening is echter geen wedstrijdbijdrage. De tekening toont een dramatisch bedroefde dame met een hoofddoek. Haar uitdrukking is intens: ze heeft donkere kringen rondom haar ogen, diepe rimpels op haar voorhoofd en rond haar mond, en er rollen tranen over haar wangen. Ze houdt een zakdoek in haar rechterhand ter hoogte van haar kin. Haar lippen zijn subtiel geaccentueerd in rood. De tekening is uitgevoerd in zwart en wit krijt op gevergeerd papier. Op de achterzijde is het blad bewerkt met zwart krijt of houtskool, waarop een begin van een schets van een hoofd te zien is.

Einzelheiten

Identifizierung

Linked open data