Net zoals het 16de-eeuwse stadsplan van Marcus Gerards is dit schilderij een propaganda-instrument. Hendrik van Minderhout maakte het in opdracht van de stad in 1665, ter gelegenheid van de inhuldiging van de Handelskom.
Omstreeks 1600 startten de aartshertogen Albrecht en Isabella met een programma om de Vlaamse havens te herstellen en kanalen te graven tussen Gent, Brugge, Oostende, Nieuwpoort en Duinkerke. Een ervan was de Oostendse Vaart, tussen Oostende en Brugge. Aan het uiteinde ervan legde Brugge in 1664 een grote havenkom aan, met kades, scheepswerven en opslagruimtes. De stad zag het groots en wist het zeker: de middeleeuwse gloriedagen zouden spoedig terugkeren...