De handschriften die Lodewijk van Gruuthuse bestelde, waren echte luxeproducten. Er werd zeer lang aan gewerkt. Hoe een bladzijde is opgebouwd, zie en voel je hier. Let zeker op de vele verwijzingen naar Lodewijk. Daarmee toonde hij dat het dure handschrift zijn eigendom was.
De manuscripten bevinden zich zoals gezegd in een aparte ruimte aan de zijkant van zaal 2. Als je het vertrek binnenkomt, liggen aan de linkerkant tegen de muur een drietal opengeslagen manuscripten in vitrinekasten. Het voelelement bevindt zich tegen de muur ongeveer tegenover de deur. Er staan ook krukjes waar je op kunt gaan zitten terwijl je het voelelement aftast.
Het voelelement heeft de vorm van een liggende rechthoek en bestaat uit verschillende onderdelen. Het heeft als titel Lodewijk laat zijn handschriften personaliseren. We beginnen aan de linkerkant van de rechthoek bij het eerste onderdeel, de bladschikking.
Als je vanaf de linkerbovenhoek van het voelelement naar beneden gaat, kom je al snel uit bij een stippellijn. Die stippellijn vormt een staande rechthoek en bakent de buitenste rand af van het eerste onderdeel, de bladschikking.
Als je van de onderste rand van de opstaande rechthoek weer omhoog gaat met je vingers, voel je wellicht heel lichtjes een reliëf. Dit is de decoratie van de bladrand. Ga van hieruit nog iets verder omhoog, en je merkt dikke, horizontale lijnen op, die over twee kolommen zijn verdeeld. Deze lijnen vertegenwoordigen de tekst van het manuscript. In de linkerkolom bovenaan voel je een vierkantje waar geen tekst staat. Deze ruimte werd vrijgehouden voor de rijkelijk versierde beginletter. Die beginletter of initiaal is een van de details die zo meteen worden uitvergroot. Boven de beginletter is over de resterende oppervlakte van het blad een illustratie aangebracht, die een miniatuur wordt genoemd. De miniatuur neemt ongeveer de helft van de pagina in beslag.
Tot zover de bladschikking, het eerste onderdeel van dit voelelement. Rechts van dit deel van de voelplaat worden vier details verder uitgewerkt, namelijk de initiaal of beginletter, het kanon, het blazoen en de wapenspreuk van Lodewijk van Gruuthuse, Plus est en vous. Elk onderdeel is afgescheiden door fijne lijnen.
1. We beginnen met de initiaal. Als je vanaf de bovenkant van de stippellijn die de buitenrand van de bladschikking aangaf een klein stapje naar rechts zet, dan stuit je op de initiaal of beginletter. De initiaal bevindt zich in een vierkant. Het gaat om een gotische hoofdletter A. De letter is moeilijk te herkennen, doordat de rechterpoot van de A verticaal omhooggaat en rust op een horizontale streep of ‘schreef’. In de linkeronderhoek bevindt zich een kleine opening, waar het streepje eindigt. De linkerpoot van de A eindigt in een krul. Als je vanaf die krul omhoog gaat, kun je de rest van de letter goed volgen. Merk op dat er in elke hoek van het vierkant een krulletje aan de letter vast zit. Halverwege de rechterpoot van de A, die dus recht naar beneden loopt, merk je een horizontale streep op. Deze streep loopt helemaal door tot aan de andere kant van de letter. Boven en onder de streep bevindt zich een sierlijke krullende figuur, die de initiaal opvult.
2. Rechts van de initiaal met de letter A vinden we het volgende detail en dat is het kanon. Ook dit detail is afgebakend door fijne lijnen. Parallel met de onderste doorlopende lijn die deze figuur afbakent, vind je de standaard waar het kanon op rust. Als je die standaard naar boven volgt, kom je uit bij het kanon, dat schuin omhoog gericht is. Aan de linkerkant bevindt zich de mond van het kanon, waar net een kogel uit afgevuurd is. Een fijn stippellijntje geeft het traject van de kogel weer. Die kogel is een kleine, ronde bal. Aan weerszijden van het stippellijntje kun je verschillende vlammen onderscheiden. Als je de loop verder naar beneden volgt, kom je aan de andere kant van het kanon uit.
Dit kanon komt trouwens op verschillende plaatsen in het museum terug. Zo is de afbeelding verwerkt in sommige vloertegels. En in de inkomhal siert een kleine versie van het kanon de trapleuning.
3. Het volgende detail is het blazoen van Lodewijk van Gruuthuse. Dit bevindt zich helemaal aan de rechterkant van het voelelement. Als je vanaf het kanon een stukje naar rechts gaat, kun je dit element goed bestuderen. Het blazoen bestaat uit verschillende delen: ongeveer in het midden vinden we een helm met daarop een ramskop en een vleugel. Direct onder de helm bevindt zich het wapenschild van Lodewijk met daarrond de ketting van het Gulden Vlies. Veel onderdelen, dus.
Laten we onderaan beginnen, bij de ketting van het Gulden Vlies, want die is al aan bod gekomen. Als je van de hoek rechts onderaan het voelelement een klein beetje omhoog gaat en dan naar links, kom je vanzelf bij de ram uit, die onder aan de ketting hangt. De ram hangt aan z’n rug, waardoor hij een ronde, gebogen vorm heeft. Onder aan z’n lichaam bungelen z’n poten.
Van het lichaam van de ram kun je omhoog werken. Je voelt dan aan twee kanten de schakels van de ketting. De ketting op deze voelplaat ligt in de vorm van een U. Wanneer je bij de bovenste schakels bent aangekomen en je handen naar het midden brengt, voel je de rand van het wapenschild van Lodewijk. Aan de linkerbovenrand van het schild merk je misschien dat je op iets botst. Dat ‘iets’ is het begin van de helm, maar daar komen we zo meteen op terug. Eerst het wapenschild, dus. Het schild is in vier delen opgesplitst: linksboven en rechtsonder bevindt zich een zwart rechtopstaand kruis tegen een gele achtergrond. Rechtsboven en linksonder is het een liggend kruis, in de vorm van een X. Op deze voelplaat is het een zwarte X tegen een witte achtergrond, maar in werkelijkheid gaat het om een zilveren X tegen een rode achtergrond. Ook dit wapenschild komt op verschillende plaatsen in het museum terug, onder andere in het plafond boven de inkomhal.
We zeiden het daarnet al, meteen boven het wapenschild bevindt zich een helm. De onderkant van de helm raakt de bovenste rand van het wapenschild. Aan de linkerkant herken je het vizier van de helm. De helm is getooid met een vleugel en de kop van een ram. Die vleugel zit rechts achteraan op de helm en wijst recht omhoog. De buitenste veren zijn nog te onderscheiden. Links voor op de helm tot slot staat de kop van de ram. Het dier kijkt dus in dezelfde richting als de persoon die de helm draagt.
4. Het vierde en laatste element op deze voelplaat is de wapenspreuk van Lodewijk, Plus est en vous. Dit element bevindt zich onderaan in het midden van de voelplaat, dus tussen het blazoen en de bladschikking, recht onder de initiaal en het kanon. De wapenspreuk staat in zwarte gotische letters op een uitgerolde strook of banderol.
De initiaal, het kanon, het blazoen met z’n verschillende onderdelen en de wapenspreuk zijn allemaal elementen die Lodewijk aan manuscripten liet toevoegen om aan te geven dat ze zijn eigendom waren.
Om naar de volgende nummers te gaan, verlaat je deze ruimte en steek je de vorige zaal over. Zaal 2 was dat. Let op, tussen zaal 2 en zaal 5 zijn er eerst vijf treden naar beneden met leuning. Achteraan in zaal 5 vind je de voelplaat aan de rechterkant.