Deze zaal biedt toegang tot het pronkjuweel van het Gruuthusepaleis: de bidkapel van Lodewijk van Gruuthuse. Van daaruit kon Lodewijk samen met zijn vrouw de mis volgen in de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Stap er maar eens binnen: vanuit de kapel kijk je rechtstreeks uit op het koor van de kerk. Het luxueus afgewerkte 15de-eeuwse interieur is nog authentiek.
In de middeleeuwen speelde het geloof voor veel mensen een allesbepalende rol. Om hen te ondersteunen bij het gebed, stonden kerken, kapellen en kloosters vol met heiligenbeelden. Soms maakten die deel uit van grote altaarstukken of retabels, maar die zijn sindsdien vaak verloren gegaan. Veel beelden waren ook kleurrijk beschilderd. Daarvan zijn in deze zaal nog diverse sporen te zien.
Maria is een centraal personage in het christendom. In deze zaal komt ze een aantal keer voor. Ook in Brugge was de devotie voor Maria of Onze-Lieve-Vrouw intens. Alles wat middeleeuwse mensen deden, deden ze met het oog op het leven ná dit aardse leven, om hun hemel te verdienen. Daar kon Maria hen bij helpen.
Déze Maria, een prachtig uitgewerkt houten beeldje, zit te lezen. Haar lange, golvende haar valt over haar schouders en reikt tot aan haar middel. Ze is gekleed in een lang gewaad, dat soepel langs haar lichaam valt. Zo meteen zal de engel Gabriël haar doen opschrikken en aankondigen dat zij de moeder wordt van Jezus, de zoon van God. Zo werd Maria de zeer geliefde en zeer menselijke moeder van álle gelovigen. Zij wenden zich tot haar op zoek naar troost. Of om bij Christus en God een goed woordje te doen.
Dit beeldje is ongeveer 46 cm hoog en 41 cm breed en maakte deel uit van een topstuk: een groots en prestigieus Utrechts retabel. Retabels, met hun tientallen beeldjes, stonden achter een altaar, ook in Brugse kerken. Zo hadden gelovigen tijdens misvieringen een aandachtspunt. Veel retabels werden besteld door broederschappen voor hun altaar in de kerk, zoals ook het Utrechtse prachtstuk. Daar bleven slechts fragmenten van over en die raakten verspreid, zoals dit beeldje,. Ook veel kunst uit Brugse kerken ging verloren, onder meer tijdens de Beeldenstorm.
We staan nu bij twee vrouwelijke heiligen die in de middeleeuwen bijzonder populair waren. De beelden, met hun goed bewaarde, felle kleuren, zijn gemaakt in het zuiden van Duitsland. Ook in Brugge produceerden ambachtslui in hun ateliers heiligenbeelden in serie, die ze veelkleurig beschilderden.
De heilige Agnes houdt in haar arm een lam, in het Latijn: agnus. Dat woord lijkt op haar naam, vandaar. Het lam staat ook symbool voor ‘onschuld’. De jonge Agnes werd in Rome verkracht en later vermoord. Ursula, die ook onschuldig werd vermoord door niet-christenen, houdt de pijl van haar moordenaar in haar handen. Beide beelden zijn ongeveer 145 cm hoog.
De kruisiging van Jezus Christus en zijn opstanding uit de dood twee dagen later is het kernpunt van het christelijke geloof. Dit beeld uit 1497, de datum staat onderaan, brengt de kruisiging in beeld. De zoon van God stierf aan het kruis om de mensheid te bevrijden van de erfzonde van Adam en Eva, de eerste mensen. Door zijn offer hebben gelovige mensen weer toegang tot het eeuwige leven.
In kerken en kloosters, op straathoeken en pleinen, thuis… Overal zag je in de middeleeuwen de krachtige voorstelling van de stervende of dode Jezus aan het kruis. Ook voorstellingen van het kruis dat opgericht wordt waren populair, of van de dode Christus die van het kruis wordt gehaald. En van het verdriet bij zijn moeder Maria en zijn leerlingen. Al die beelden hielpen gelovigen om zich in te leven. Om als het ware mede te lijden.
Dit crucifix, zo heet een beeld van de gekruisigde Jezus, komt uit een Brugs klooster. Het werd kort voor 1500 gemaakt, maar de beschildering is bewaard gebleven, ook op de keerzijde van het kruis. Restaurators ontdekten daar, onder overschilderingen, nóg een gekruisigde Christus, maar dan geschilderd. Misschien om het kruis van twee kanten te kunnen bekijken. Het kruis meet ongeveer 2 meter bij 1meter.